Lege nest

Niks hebben met het lege nest syndroom en het toch hebben

Dag 1.
Zijn kamer binnenlopen en schrikken van het gat. Waar zijn bed en zijn bureau stonden, ligt alleen nog marmoleum.
De was van de lijn halen en kledingstukken van hem tegenkomen. Die zorgvuldig opvouwen. Je afvragen of zijn kledingkast nu ook leeg is. Gerustgesteld zijn als die nog driekwart vol is. Erachter komen dat hij zijn sokkenbak en onderbroekenbak ook heeft meegenomen.
Een vriendin appen dat je moest huilen toen je zonder hem, zijn bed en zijn bureau wegreed uit Maastricht. ‘Veel poetsen en in de tuin werken’, schreef ze terug.
In huilen uitbarsten als je zus opbelt en vraagt hoe het is.

Dag 2.
De eerste gedachte toen je vanmorgen wakker werd: Zou hij zijn thuisgekomen vannacht? Meteen gevolgd door: O nee. Hij woont hier niet meer.
Appen: ‘Hoe gaat het?’ Appen: ‘Heb je het leuk?’ Appen: ‘Heb je al huisgenoten ontmoet?’ Zes uur later een foto van een bord spaghetti carbonara ontvangen. Inzoomen en zien dat het linguine pasta is. Terug appen: ‘Lekker!’ Vragen of hij ook voor huisgenoten heeft gekookt. ‘Nee’ terugontvangen.

Dag 3.
Boodschappen doen. In de supermarkt rondlopen en bedenken dat je geen lichtbruinbrood, geen grilworst, geen noodles, geen stroopwafels, gevulde koeken of frikandelbroodjes hoeft te kopen. Langs het fruit lopen met je karretje en weten dat je nog genoeg appels, sinaasappels en pruimen hebt voor de hele week. Na het afrekenen merken dat je aan één boodschappentas genoeg hebt. Uit je evenwicht zijn bij het sjouwen van de inkopen.

Boodschappen opbergen: Zien dat de koelkast halfleeg blijft. Je realiseren dat dit het nieuwe normaal is. Lege koelkasten armoedig vinden. Bedenken dat de koelkast pas weer vol staat als ze een weekend thuiskomen. En dat je dan alles in huis haalt wat ze lekker vinden.

Dag 4.
Op het journaal horen dat studenten bij ontgroening zijn overgoten met kaarsvet. Er zijn haren in brand gestoken. Ook werd een naakte eerstejaars op de grond geduwd waar scherven lagen. Weer op Whatsapp kijken en zien dat er geen bericht van hem is. Appen: ‘Leef je nog?’ Geen antwoord krijgen. Denken aan ‘atten’ en hem bewusteloos op de grond zien liggen.

Een was willen doen en merken dat er te weinig kleren in de wasmand zitten voor een hele trommel. Een halve trommel wassen en je bij het ophangen realiseren dat je vanaf nu minder huishoudelijk werk hebt. Dat de vloeren minder snel vuil worden, de wc-pot langer fris blijft. Dat er voortaan minder rondslingert in huis. Je gaat tijd overhouden in plaats van tekortkomen.

Dag 5.
Zijn rapmuziek missen. Op Spotify zijn afspeellijst opzoeken en die aanzetten. Weer uitzetten omdat dat het toch niet is.
© Nynke Feenstra, 22 augustus 2022
Foto: Bernard Jaeck on Pixabay